Ondanks wangedrag werknemer, toch halve transitievergoeding

Door: Mark van Geenen    1 februari 2019

Bij ernstig verwijtbaar handelen heeft een werknemer in principe geen recht op transitievergoeding. Rechters oordelen hier verschillend over. In een recente uitspraak van de kantonrechter te Utrecht kreeg een werknemer, ondanks vergaande misdragingen, toch de helft van zijn transitievergoeding toegekend.

In de uitspraak van 27 november 2018 staat het ontbindingsverzoek van de werkgever centraal nadat er diverse incidenten met een werknemer hebben plaatsgevonden. Het ging daarbij onder andere om de volgende incidenten:

  • steeds opnieuw zonder toestemming niet op het werk verschijnen;
  • een klacht van een collega-monteur over het gedrag van deze werknemer;
  • voortdurende discussies over arbeidstijden en vergoeding van reisuren; en
  • het zogenoemde ‘automotorincident’, waarbij werknemer de motor van de bedrijfsauto stationair laat draaien en weigert deze, na klachten van de achterbuurman, op instructie van X uit te zetten, waarna X de motor zelf uitzet en werknemer vervolgens de motor weer start.

De kantonrechter ontbindt op de ‘e-grond’ wegens verwijtbaar handelen. De kantonrechter komt vervolgens toe aan de vraag of er sprake is van ernstig verwijtbaar handelen, wat betekent dat er in principe geen transitievergoeding verschuldigd is. De kantonrechter overweegt daarbij als volgt (in r.o. 5.3): “De kantonrechter overweegt dat een werknemer weliswaar veel rechten heeft, maar hij heeft niet het recht om zijn werkgever het leven zuur te maken. Dat is wat deze werknemer al jarenlang doet.” Desondanks maakt de kantonrechter gebruik van het zogenoemde ‘luizengaatje’ en kent toch een halve transitievergoeding aan de werknemer toe. De werknemer zou lange tijd wel goed hebben gefunctioneerd en om die reden zou het niet redelijk zijn om geen transitievergoeding toe te kennen. Zelfs een werknemer die het erg bont maakt krijgt dus een deel van de transitievergoeding (in dit geval een bedrag van € 24.640,46 bruto!).

Klik hier voor de volledige uitspraak van de kantonrechter


Door: Mark van Geenen